Transparante strook

Spelling afkortingen

In elke zin staat een afkorting. Typ die voluit.


Zij houdt o.a. van gitaarmuziek.
Frans gaat zondag a.s. naar een concert.
Lever het formulier in bij mevr. Hermans.
Op blz. 16 staat een mooie tekening.
De wedstrijd wordt op tv uitgezonden.
Je moet nl. weten waar hij woont.
Karen verzamelt foto's, plaatjes, enz.
We werden d.m.v. een brief ingelicht.
Het is fout, d.w.z. opnieuw beginnen.
Kathleen fietst elke dag 10 km naar school.
Kun jij 20 kg optillen?
Ik zal hem rond 11 u. ontmoeten.